zaterdag 6 september 2008

Constant Orbaan

Cees Buddingh schreef één misdaadroman: Vrijwel op slag (1953). Een van de voornaamste personages uit dit boek, Rokus Huet, heeft het consequent over 'schaapspel' als hij 'schaakspel' bedoelt en is gemodelleerd naar de bekende schaker en arbiter Constant Orbaan.

Schaken is tegenwoordig een spelletje dat door zakcomputers gespeeld kan worden, maar vroeger stond het in hoog aanzien en de mensen die er goed in waren werden als superbreinen beschouwd.

Het ligt voor de hand dat die superbreinen in staat moesten zijn om een duivelse misdaad te beramen, of om hem op te lossen als een ander het had gedaan.

De private eye Philip Marlowe, hoofdpersoon van de boeken van Raymond Chandler, speelde als hij weer een moeilijke zaak had opgelost een partij van Capablanca na, om te bekomen van de smerigheid van het dagelijks leven. Marlowe was een detective die daarnaast nog wat schaakte.

Een schaker die in zijn vrije tijd nog wat speurderswerk deed is Rokus Huet, de hoofdpersoon van het boek Vrijwel op slag dat Cees Buddingh' in 1953 publiceerde. Huet is een zeer sterke speler die simultaan geeft op een schaakclub en dan bijna alle partijen wint.
De moord wordt opgelost doordat de moordenaar een gulden op het jasje van zijn slachtoffer heeft gespeld, as over hem heen heeft gegooid en een cirkel op zijn hoofd heeft getekend. Rokus Huet beseft dat deze drie elementen samen een rebus vormen, die hem naar de dader leidt.
Dat klinkt wel heel ouderwets. Op zo'n gezellige winterboekenmanier lossen we tegenwoordig geen moorden meer op, zou je denken. Dan vergis je je, want hoofdinspecteur Morse van de televisie heeft ook eens een zaak opgelost door in te zien dat Swanpole een anagram was van S.O. Pawlen.
Voor Buddingh's slimme schaker Rokus Huet had Constant Orbaan model gestaan, die leefde van 1918 tot 1990 en tot zijn dood schaakmedewerker van NRC Handelsblad was. Ik denk dat Buddingh' en Orbaaaan elkaar kenden van een sanatorium waarin ze beiden voor tuberculose verpleegd werden.
Rokus Huet heeft veel trekjes met Orbaan gemeen. Hij studeert medicijnen, maar het is duidelijk dat hij nooit als arts zal werken. Hij ligt graag tot 's middags in bed en heeft strak achterovergekamd haar dat naar het rossige nijgt. Net als Orbaan heeft hij het over "het edele schaapspel" en over "de Nederlandse schaapwereld". Even nuchter als Orbaan noemt hij een gruwelijke moordzaak "een gepeperde stelling".
De schakers van nu hebben Constant Orbaan vooral gekend als wedstrijdleider en verslaggever, maar in zijn jongere jaren speelde hij ook op toernooien. De volgende gepeperde partij tegen de grote Jefim Geller speelde hij in Polen.
Daar was Orbaan altijd graag, niet alleen voor het schaken maar ook voor het Chopin-festival. De Poolse vrouwen vond hij de mooiste ter wereld, een aspect dat in Vrijwel op slag niet aan de orde komt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten