maandag 3 december 2012

Narrenmat bij het schaken

Gekkenmat of narrenmat bij het schaken:

1. g4 e5
2. f3 of f4 Dh4++

Napoleon als schaker


Napoleon Bonaparte was een zwak amateur, had natuurlijk wel wat anders aan zijn hoofd. Er is een schilderij waarbij Madame Du Remusat naakt is, op de rug gezien, een beetje rechterborst zichtbaar, en Napoleon Bonaparte in vol ornaat achter de witte stukken met natuurlijk zijn rechterhand in zijn jas. En nog een onbeduidende partij tegen generaal Bertrand. Ook speelde hij tegen DE TURK, de “voorloper” van de computer. Napoleon Bonaparte was echt van waarde voor de schaaksport bij de volgende stelling:



Oplossing:

1. Pd2+ Ka2 2 Pc3+ Ka3 3. Pdb1+ Kb4 4 Pa2+ Kb5 5. Pa3+ Ka6

Hier kan het witte leger, generaal Koetoesov, de genadeklap al uitdelen met 6. Da8 mat, maar net zoals op het slagveld zelf, laat wit die mogelijkheid bewust lopen. Napoleon Bonaparte mag de Berezina oversteken.

6. Pb4+ Ka7 7. Pb5+ Kb8 8. Pa6+ Kc8 9. Pa7+ Kd7 10. Pb8+ Ke7 11. Pc8+ Kf8 12. Pd7+ Kg8 13. Pe7+ Kh8 en Napoleon Bonaparte, terug in Parijs, is een verloren man en moet het hoofd buigen voor tsaar Alexander. 14. Kg2 mat. 

De privĂ©secretaris van Napoleon, Louis Antoine Fauvelet de Bourrienne, schreef in zijn memoires: “Op de reis naar Sint Helena werd een schaaktafel meegenomen waarop Napoleon speelde. Hij las veel, kleedde zich voor vier ’s middags en kwam dan naar de salon waar hij met iemand uit het gezelschap schaakte”.

Wereldschaakvakbonden


Alle professionele grootmeesters zagen wel de waarde van een vakbond, dus kwam er in 1986 de Grand Master Association (GMA), waar sociaal denkende schakers in het bestuur zaten als Jan Timman en Yasser Seirawan. Natuurlijk ook wereldkampioen Kasparov, maar die bleek in vergaderingen meer het model monoloog aan te houden in de communicatie. Dat wrikte. Toen ook de wereldschaakbond FIDE niet conform Kasparov’s wensen opereerde, richtte hij in 1993 zijn eigen vakbond op, de Professional Chess Association (PCA) waarin twee leden zaten: zijn uitdager Nigel Short en Kasparov. Dat bracht natuurlijk een scheuring in de wereldschaakvakbonden teweeg, we kregen twee kampioenen en een hoop ellende. Kasparov vond dat geen probleem, maar de invloed van dat ene andere PCA-bestuurslid wel, dus richtte hij vervolgens de World Chess Association (WCA) op, waarvan Nigel Short het enige lid was. Hier kreeg hij ruzie met de sponsors en uiteindelijk vielen al die wereldschaakvakbonden om en kwam alles rond het jaar 2000 weer in de armen van de wereldschaakbond FIDE.